4.1.1 Financieringsinstrumenten
Inleiding
De inzet van financiële beleidsinstrumenten, zoals geborgde leningen en verstrekte leningen, past bij de tijdsgeest waarin de provincie en andere lokale overheden in toenemende mate kiezen voor een faciliterende rol. Dit betekent dat zij realisatie van publieke doelstellingen steeds vaker geheel of gedeeltelijk onderbrengen bij (private) partijen.
Vanuit het beleid wordt als eerste beoordeeld of een financieringsinstrument geschikt is om bij te dragen aan de te realiseren doelen. In de nota Financieringsbeleid zijn de kaders van de financieringsinstrumenten vastgesteld. Provinciale Staten worden in de Zomernota geïnformeerd over de totaalstand van de borg- en garantstellingen en de verstrekte leningen in 2024.
Garantstellingen
Borg- en garantstelling (gebaseerd op artikel 7:850 e.v. van het Burgerlijk wetboek) zijn beiden middelen om wederpartijen een extra vorm van zekerheid te bieden dat een geldvordering voldaan zal worden. Een borgstelling kan pas worden ingeroepen als de schuldenaar niet aan zijn verplichtingen voldoet. Een garantstelling wordt afgesloten in een overeenkomst en daarin worden de condities opgenomen wanneer de garantstelling door de schuldeiser wordt ingeroepen en de voorwaarden die op de garantstelling van toepassing zijn. Voor een garantstelling wordt gekozen wanneer financiers niet bereid zijn (volledige) financiering te verstrekken onder voorwaarde passend bij het maatschappelijk gewenste resultaat, zonder een garantstelling.
In het Treasurystatuut 2023 en de Nota financieringsbeleid is de grens van het garantieplafond bepaald op € 20 miljoen. Provincie Utrecht staat op dit moment nog beneden het garantieplafond. Er zijn twee ontwikkelingen die effect hebben op het garantieplafond:
- Zero Emissie-bussen
- Netcongestie
Zero Emissie-bussen
In het vastgestelde statenvoorstel Meerpartijenovereenkomst Zero Emissie-bussen nieuwe OV-concessies (28 juni 2023, kenmerk UTSP-2051524397-2541) is besloten om in afwijking met de Nota financieringsbeleid optioneel een garantstelling aan te bieden ten behoeve van de financiering van Zero Emissie bussen. In juni 2024 heeft de gunning voor de nieuwe concessie vanaf december 2025 plaatsgevonden. In de nog af te sluiten overeenkomst wordt gebruik gemaakt van de optie van garantstelling. De hoogte van de garantstelling is bepaald op € 10 miljoen.
In het statenvoorstel voor de Zomernota 2024 stellen wij voor het garantieplafond te verhogen met € 10 miljoen.
Netcongestie
Op 19 juni heeft Provinciale Staten het statenvoorstel Inzet middelen versnelling energietransitie behandeld. Een van de maatregelen voor het omgaan met netcongestie is het afgeven van een garantie van € 16 miljoen waarmee een revolverend fondsvermogen voor leningen kan worden gerealiseerd.
Gedeputeerde Staten heeft de opdracht van Provinciale Staten gekregen om deze maatregel uit te werken en in het najaar voor te leggen voor besluitvorming. Hierbij wordt ook het verhogen van het garantieplafond betrokken.
Verstrekte leningen
In de nota Financieringen is opgenomen dat PS in de P&C producten geïnformeerd wordt over het verloop van de verstrekte leningen. Een voorwaarde hiervan is dat onder meer de omvang van de verstrekte leningen onder het plafond van € 20 mln. blijft. De verwachting is niet dat het plafond in 2024 overschreden wordt.
4.1.2 Marktontwikkeling rente
De rente is in het afgelopen jaar gestegen als gevolg van monetaire maatregelen vanuit de Europese Centrale Bank (ECB). Het verhogen van de rente was bedoeld om de hoge inflatie tegen te gaan.
In het 2e kwartaal van 2024 waren de tarieven voor de lange rente rondom de 2,9%, terwijl de korte rente ongeveer 3,9% was. Er is daarmee sprake van een omgekeerde rentestructuur, dat wil zeggen kort geld is duurder dan kort geld. Begin juni heeft de ECB besloten om de rente te verlagen van 4% naar 3,75%.
4.1.3 Financieringsbehoefte
Alle geldstromen van de provincie lopen via de centrale treasuryfunctie. De provincie hanteert een systeem van totaal financiering. In dit systeem bestaat er geen direct verband tussen een bepaalde investering en het aantrekken van financieringsmiddelen. Elk jaar is, als onderdeel van de begroting, een inschatting gemaakt van de ontwikkeling van de liquide middelen. Er wordt hiervoor een geprognotiseerde balans en een liquiditeitsprognose gemaakt. De uitgaven en inkomsten van de provincie lopen niet synchroon in de tijd.
In de Begroting 2024 is een inschatting opgenomen van de ontwikkeling van de liquiditeiten over 2024. Een rentepost is opgenomen van € 1,7 miljoen gebaseerd op een liquiditeitsbehoefte van € 57 miljoen met een gemiddeld rentepercentage 3%. Wekelijks wordt het banksaldo liquide middelen beoordeeld en geïnventariseerd of het aantrekken van financiering op korte termijn nodig blijkt.
Begin april is gebaseerd op de liquiditeitsprognose een kasgeldlening van € 20 miljoen voor 3 maanden aangetrokken met een rente van 3,96%.
De verwachting is dat in 2024 geen vaste geldlening hoeft worden aangetrokken. De mogelijke financieringsbehoefte wordt afgedekt met kort geld. Rekening wordt gehouden met 4 maanden kasgeldlening. De geraamde rentepost wordt verlaagd met € 1,2 miljoen. Met de rentevergoeding van het schatkistbankieren is nog geen rekening gehouden.